Inkomsten | |||
1 | Algemene uitkering De algemene uitkering betreft een sterk schommelende en onzekere rijksuitkering. De financiële impact van met name de mei- en septembercirculaire kunnen groot zijn voor de gemeentelijke Begroting. Het gaat hierbij vooral om de volgende risico’s:
Door de herziening van de verdelingssystematiek staat de begroting vanaf 2026 ernstig onder druk. Dit beeld doet zich landelijk voor en hierover zijn ook gesprekken gaande tussen de VNG en het ministerie. Dit heeft echter nog niet geleid tot een structurele oplossing. Dit leidt tot een grote onzekerheid wanneer en op welke wijze hier invulling aan gegeven gaat worden. Mede door de nieuwe landelijke verkiezingen is het de verwachting dat hier pas bij een nieuw kabinet meer duidelijkheid over zal komen. De kans en de impact op een niet sluitende jaarschijf als gevolg van deze verdelingssystematiek hebben wij als hoog ingeschat. | 800 | |
---|---|---|---|
2 | Dividend De dividendopbrengsten bedragen circa € 330.000. Wij verwachten voor de komende jaren een redelijk consistent beleid van onze verbonden partijen waarbij de begrote dividenduitkering in onze Begroting aansluit bij de verwachte winstuitkeringen. | 100 | |
Bedrijfsvoering | |||
3 | Personeel Bij arbeidsongeschiktheid van medewerkers ontvangt de werkgever over de eerste twee ziektejaren geen tegemoetkoming in de loon/ziektekosten. Een deel van dit risico wordt opgevangen binnen de personeelsBegroting. Voor toekomstige dossiers, met aanvangsdatum die ligt na 1/1/2020, komt de eventuele toekomstige uitkering (op z’n vroegst 1/1/22) ten laste van de werkgever. De herverzekering is per 1/1/2020 opgezegd vanwege de hoogte van de premie. De premie viel hoger uit dan de huidige schadelast en de eventuele ingeschatte toekomstige schadelast/uitkeringen. Voor eventuele uitkeringen in de toekomst wordt op dat moment een voorziening gevormd. De arbeidsmarkt wordt steeds krapper en dat maakt het invullen van vacatures lastig. De keuze kan dan vallen op kandidaten die nog moeten groeien in een functie en waarbij geïnvesteerd moet worden in opleiding en begeleiding of dat er langer moet worden ingehuurd dan gewenst. De verwachting is dat dit de komende jaren steeds vaker voor zal komen. De kosten voor inhuur voor tijdelijke invulling van vacatureruimte vallen veelal hoger uit dan de beschikbare ruimte, gezien de huidige arbeidsmarkt dit risico als hoog ingeschaald. | 50 190 | |
4 | Rente De stijgende inflatie heeft als gevolg dat er meerdere renteverhogingen hebben plaatsgevonden vanuit de centrale bank. De inflatie is nog steeds aan de hoge kant en daardoor kan de rente de komende jaren verder stijgen. Dit heeft gevolgen voor het aantrekken van nieuwe leningen en de bijbehorende rentelasten. Bij de berekening van de rentelasten is al rekening gehouden met een hogere rente. Het is echter onzeker hoe hoog de rente de komende jaren zal zijn wanneer nieuwe financiering nodig is, hiervoor is dit risico opgenomen. | 240 | |
Open eind regelingen | |||
5 | Participatiewet De afgelopen jaren is het aantal uitkeringsgerechtigden zeer stabiel gebleken (licht gedaald). De verwachting is dat dit de komende jaren wel zal stijgen. Dat heeft voornamelijk te maken met de verwachte hogere instroom van statushouders. Dit is onder andere het gevolg van de huisvestingsopgave statushouders. Onze taakstelling zal naar verwachting in de komende jaren stijgen. Op basis van het landelijke rekensystematiek (t-1 en objectief) heeft de gemeente een financieel risico van 7,5 tot 10% van de totale BUIG inkomsten op het BUIG tekort in een jaar. De rest kan de gemeente via de Vangnetregeling compenseren. Risico is hiermee beperkt tot € 33.000 (10% van BUIG). | 40 | |
6 | WMO De invoering van het abonnementstarief in de WMO heeft ervoor gezorgd dat het aantal aanvragen voor voorzieningen zijn toegenomen. Tevens zijn er meer aanvragen voor WMO voorzieningen door het langer thuis blijven wonen en ook door de gevolgen van de coronacrisis. Verder zien we dat door de economische crisis de prijzen van de voorzieningen meer dan gemiddeld stijgen. We gaan de komende periode aan de slag met het uitvoeringsprogramma van de preventienota waarbij we willen insteken op lichte vormen van ondersteuning en daarnaast onderzoek doen naar innovatieprojecten bij zowel materiële als immateriële WMO voorzieningen. Beschermd wonen wordt vanaf 2024 gedecentraliseerd. Onduidelijk is hoe dit zich gaat ontwikkelen in de komende jaren. We schatten dit risico in op € 50.000 en de kans dat dit maximaal 1x in de 2 jaar voorkomt. De tarieven voor WMO moeten tenminste kostendekkend zijn. Mede door de forse stijging van personeelskosten als gevolg van CAO-verhogingen bij zorgaanbieders bestaat de kans dat tarieven fors omhoog moeten. Dit risico wordt deels gedempt vanuit de reserve sociaal domein. | 200 | |
7 | Jeugdhulp Binnen de budgetten voor Jeugdhulp zijn er meerdere risico's: | 500 | |
Overig | |||
8 | Onderhoud kapitaalgoederen In afgelopen jaren zijn er naast stormschade ook toenemende problemen met boomziekten en ongedierte (bijvoorbeeld Eikenprocessierups) en exoten (zoals Reuzenberenklauw en Japanse Duizendknoop). Ook de droge zomers van de afgelopen jaren hebben negatieve invloed op de kwaliteit van het openbaar groen. Op dit moment is de financiële impact nog beperkt maar dit kan voor in de toekomst toenemen. Wegen Bij onderhoud aan wegen ontstaat risico wanneer er sprake is van extreme omstandigheden. Schade als gevolg van een strenge winter laat zich lastig voorspellen, omdat hier diverse factoren invloed op hebben, zoals staat van onderhoud, mate van zout strooien en de daadwerkelijke kou. | 120 | |
9 | Opbrengsten bouwleges De prijzen voor grondstoffen stijgen op dit moment behoorlijk, daarnaast heeft het stikstofbeleid impact op de bouwmogelijkheden, is er krapte op de arbeidsmarkt en staat de economie onder druk. Al deze oorzaken kunnen impact hebben op de keuze voor particulieren en ondernemers om wel of niet een bouwaanvraag te gaan doen. Daarnaast is er nog de onzekerheid over de invoering van de omgevingswet die ook impact kan hebben op de hoogte van de tarieven. Dit alles zorgt ervoor dat de geraamde opbrengsten tegen kunnen vallen. We houden hierbij een marge van € 400.000 aan, waarbij de kans en financiële impact gemiddeld zijn. | 190 | |
10 | Milieu- en bodemverontreiniging Bij gemeentelijke besluiten lopen wij het risico om bedrijven geluid (of lucht)ruimte toe te kennen die achteraf niet opgelegd had kunnen worden. Het betreft met name oudere vergunningen, waarbij mogelijk klachten over geluid/lucht komen dan wel naar aanleiding van handhaving. Het grootste risico is dat het bedrijf niet meer op die locatie kan functioneren en uitgekocht moet worden. Deze kosten zijn niet te voorzien. Een tweede mogelijkheid is dat er wel voorzieningen mogelijk zijn, maar niet afdwingbaar bij het bedrijf. Deze voorzieningen moeten wij dan als gemeente bekostigen. | 20 | |
11 | Energiekosten Op dit moment hebben we te maken met stijgende energiekosten. We kunnen niet inschatten welke gevolgen dat op lange termijn heeft. Dit is afhankelijk van de oorlog in Oekraïne, de sancties die op Rusland zijn gelegd en de maatregelen die binnen nationaal en Europees verband worden genomen. De verwachting is dat de impact voor 2024 nog groot zal zijn. In de begroting is hier zoveel mogelijk rekening mee gehouden waardoor de impact van dit risico is afgenomen. | 160 | |
Totaal | 2.610 | ||
Afgerond | 2.600 |